Oorsprong van de familienaam Van Klaveren

De meest waarschijnlijke theorie is gebaseerd op het feit dat de eerste meldingen van personen die de achternaam “Van Klaveren” of “Van Claveren” droegen, veehouders waren. Halverwege de zestiende eeuw vindt men de oudste vermelding van de naam terug in Koudekerk aan de Rijn. De veehouders in die tijd waren gelijktijdig kwekers van klaver, om het vee van goed voer te voorzien.

Er onderscheiden zich drie grote stammen, met als oorsprong; Moordrecht, Koudekerk aan de Rijn en Rotterdam. Hieruit blijkt dat Van Klaveren een typische Zuid-Hollandse naam is.  Bij de volkstelling in 1947 waren er in Nederland 1764 naamdragers, waarvan 1133 in Zuid-Holland.

 

 

Beknopte geschiedenis

Zoals eerder vermeld waren de Van Klaverens uit Koudekerk veehouders. Later in de 18e of 19e eeuw werd het vak veranderd in die van vleeschhouwer, tegenwoordig slager. De laatste in Koudekerk geboren telg van deze tak betrof Cornelis Maurits van Klaveren (23 februari 1856).  Cornelis Maurits vestigde zich met zijn slagerij in Bodegraven, met een tussenstop in Loosdrecht.

In de slagerij speelde meer dan alleen maar werken. Dit blijkt uit het feit dat Cornelis met winkelmeisje Christina naar de Verenigde Staten trok, echtgenote Cornelia Nieburg achterlatend met hun enige zoon Cornelis.

Cornelia Nieburg heeft enige tijd rondgetrokken van familie naar familie tot vlak na WO1, toen zoon Cornelis van Klaveren werd opgeroepen voor militaire dienst in het Westland.

Gedurende deze periode leerde hij Magdalena Boers uit Maasdijk kennen en Moeder Cornelia Nieburg en zoon Cornelis vestigden zich voorgoed in het Westland. Zij vestigden zich in één van de toenmalige “Rijckevorsel” huisjes aan de ingang van het Staalduinse bos bij de Heenweg.

Cornelis en Magdalena zijn getrouwd op 31 maart 1922 en kregen hun enige kind Arnoldus Cornelis Jan van Klaveren op 9 mei 1923.

Vanaf het vertrek van Cornelis Maurits naar de Verenigde Staten is er gebroken met de beroepstraditie. Het vestigen van de familie Van Klaveren in het Westland hield tevens in dat het werk in de tuinbouw of bij de aan tuinbouw geligneerde bedrijven werd gevonden, tot op de dag van vandaag.